Cultureel Agra


Iemand kwam op het idee dat de Taj Mahal (een mausoleum voor de geliefde vrouw van een maharadja) bij zonsopgang wel heel erg mooi moet zijn, dus dat was om 5.45 weg. Hij regelde gelijk maar voor iedereen een bromriksja voor de hele dag, dat kostte wel 100 roepies. Voor iedereen aan te bevelen: de Taj Mahal wordt terecht één van de wereldwonderen genoemd, het is een fantastisch stukje werk. Nadat we de Taj op ons gemak hadden bekeken zijn we met zijn allen gaan ontbijten in een tuin. Het stikte er weer van de vliegen, maar verder smaakte het wel. Na het ontbijt ging de groep uit elkaar om ieder dat te gaan bekijken waar ze zelf zin in hadden.

Onze chauffeur bracht ons eerst naar de Baby Taj, een kleine en minder mooie uitvoering van de Taj Mahal. Taj betekent Kroon en Mahal Huis. Het was wel lekker rustig daar, totdat er een van de aanwezige kinderen achter kwam dat Piet pennen in zijn tas bewaarde. We moesten ze letterlijk uit de riksja slaan. Daarna zijn we naar het Agra-fort gegaan, een werkelijk fantastisch complex met hele mooie paleizen en een schitterend uitzicht op de Taj. De bouwer van de Taj Mahal is hier gevangen gezet door zijn zoon en heeft al die tijd moeten volstaan met het kijken en niet kunnen bezoeken van het mausoleum van zijn geliefde vrouw. Het was jammer dat het Spiegelpaleis wegens renovatie gesloten was. Toen we in het fort waren begon het weer eens flink te hozen. Gelukkig konden we van paleis naar paleis rennen zonder al te nat te worden.

Na het bezoek aan het fort bracht onze chauffeur ons naar de winkeltjes. Hij krijgt daarvoor 10 roepies per bezoek en 2% commissie. Hij zegt dat het al lang genoeg is als we naar binnen gaan en we van hem niets hoeven kopen. In de marmer- en textielwinkel hebben we ook niets gekocht. In de juwelierszaak heb ik een paar oorbellen gekocht met black-cross steentjes. Na het winkelen vroegen we aan onze chauffeur of hij ons naar het mausoleum van Akbar wilde brengen. Het kostte wat overredingskracht, maar uiteindelijk gingen we toch op weg (het lag ongeveer 12 kilometer uit de stad). Onderweg via straten waar waarschijnlijk weer nooit een toerist werd gezien moesten we toch nog even tanken. We hebben de benzine betaald, de chauffeur moest er apart nog een kannetje lood ingooien om die benzine geschikt te maken voor zijn brommertje. Nog een stukje verder werd het motortje wel erg warm en moesten we stoppen om het te laten afkoelen. Dat was een mooie gelegenheid om ook wat te drinken, een colaatje kostte wel 7,5 roepie, we hebben dus de chauffeur ook getrakteerd.

Ook het mausoleum van Akbar was weer een knap staaltje werk, zeker als je uitgaat van de tijd waarin het is gebouwd. Alles inbegrepen waren we 160 roepies kwijt voor de bromriksja, inclusief de verre rit naar Akbar. De chauffeur wilde ons naar nog meer winkeltjes brengen, maar wij vonden het zo wel genoeg. In plaats daarvan gingen we lekker in bad. ‘s-Avonds nam Bram ons mee naar een restaurant waar we zelf nooit in gegaan zouden zijn. Het zag er aan de buitenkant (en ook aan de binnenkant) niet uit. Bram zei ook toen we naar het dakterras liepen: “Op de trap niet naar links kijken, daar is de keuken”. Toen onze drankjes er net waren, we hadden nog niet eens ons eten besteld kwam er een tropisch regenbuitje naar beneden en vluchtten wij naar de benedenverdieping van het restaurant. Daar ging het, met wat inschikken, ook wel. Ook hier weer een heerlijke Vegetable Thali gegeten voor 25 roepies. Er is niemand ziek van geworden, dus het zal wel goed zijn geweest (of in ieder geval goed doorgekookt).

Het gehele reisverslag is te vinden op de website van Piet en Marian.
Auteurs: Piet en Marian
Website: globetrekker.nl